ios ios
header

God’s leiding.

Hallo, Mijn naam is Doro Martens.

Ik ben opgegroeid met de verhalen uit de kinderbijbel, die aan mij verteld werden binnen onze familie, op school en op de zondagschool. Ik vond de verhalen prachtig en vertelde ze voor mijzelf terug aan de hand van de plaatjes. Ik voelde mij daar veilig bij.

Mijn moeder overleed toen ik 15 jaar was. Ik merkte toen voor het eerst wat het is om iemand te moeten missen. Tegelijk wist ik dat ze bij God is en daar is het goed.

Toch wist ik toen niet zo goed wat ik met het geloof aan moest. Voelde me wel christelijk maar toch ook weer niet. Ik kreeg verkering met mijn lieve man Evert toen ik 16 jaar was. Dit was tegelijk met mijn vader die verkering kreeg met mijn latere stiefmoeder. Toen mijn vader met haar trouwde kon ik niet zo goed met haar opschieten. Doordat Evert van Hardenberg naar Voorburg verhuisde besloot ik op mijn 18e op kamers te gaan in Zoetermeer. Eigenlijk liep ik weg van huis. Een warrige tijd voor een meisje dat in Hardenberg is opgegroeid. Weg uit een rustig provinciestadje, weg uit een vertrouwde omgeving met een gezellige vriendenclub en weg bij mijn vader en broertje. Alleen in een kamertje van twee bij drie in een torenflat.

En wat ik met het geloof moest?…. geen idee.

In die tijd kwamen er verschillende mensen op mijn pad die mij vertelden over Jezus. Bijvoorbeeld op een beurs waar geëvangeliseerd werd: “Jezus kwam ook voor jou, het is echt waar en jij mag het geloven”. En tijdens een jongerenavond waar ik met een collega mee naar toe ging: “Wie is Jezus voor jou?” vroeg een mevrouw met een gitaar. “Tja, eh, ik ben christelijk opgevoed, hoor!” “Nee, wie is Hij voor jou persoonlijk?” Persoonlijk?? Wat een lastige vraag zeg. Daar had ik geen antwoord op. En door mijn oudste broer, die kort daarvoor tot geloof gekomen was: “Doro, je mag Jezus aannemen als jouw Heer, die voor jouw zonden gestorven is”. Mijn zonden?? Daar hadden we het toch nooit over… dat was toch veel te zwaar op de hand. En toch ging ik nadenken. Ik had me veilig gevoeld bij de verhalen uit de kinderbijbel en deed nu niets meer met God. Ik had mijn vader, broertje en stiefmoeder verdriet gedaan door in feite van huis weg te lopen. Ik moest er niet aan denken om het ook maar op één of andere manier weer goed met hen te maken. Ik durfde niet toe te geven dat ik weg gegaan was zonder de goedkeuring van mijn vader.

Ik ging Bijbellezingen bezoeken. Over de tabernakel en over Openbaringen. Daar leerde ik iets verstaan van de liefde van God, die Zijn Zoon zond voor ons mensen, om ons te brengen aan Zijn Vaderhart. Ik ben na zo’n avond maar gewoon op mijn knieën gegaan en heb God alles verteld. Hoe ik zelf in elkaar zat; eigen fouten niet toe willen geven en niet op zoek naar Hem. Ik heb vergeving mogen vinden bij de Heer Jezus.

Kort daarop ben ik met Evert getrouwd. We hebben lieve kinderen en kleinkinderen gekregen. Gaat nu altijd alles gladjes en goed. Echt niet. Maar ik weet dat wanneer ik missers maak het goed is om ze toe te geven, aan God. Dan zijn ze vergeven. Want het offer van de Heer Jezus is genoeg.

Wat motorrijden betreft zijn we laatbloeiers. We hebben beide ons motorrijbewijs rond ons 50e gehaald. Sinds 10 jaar zijn we lid van de CMA, een fijne club, waar we graag een Bijbeltje, zoals deze, uitdelen. Lees er maar eens in: Johannes 1 vers 10 en 12.

Doro Martens