Op zijn voetbalschoenen heeft Olivier Pilon (23) een Bijbeltekst uit Habakuk laten graveren: ‘De Heer, is mijn kracht, Hij maakt mijn voeten snel als hinden, Hij laat mij over mijn bergen gaan.’ “Deze tekst herinnert mij er altijd aan dat God het belangrijkste is in mijn leven.”
“Op mijn vijfde ging ik mee naar de voetbaltraining van mijn oudere broer. Omdat ik niet te houden was langs de zijlijn, mocht ik al snel meetrainen.” Tegenwoordig speelt Olivier bij Spakenburg. Als bui-tenspeler staat hij bekend om zijn snelheid.
“Voorafgaand aan iedere training bid ik tot God of hij mijn talenten wil zegenen. Als klein jochie vroeg ik God altijd of ik mocht winnen met 10-0”, vertelt Olivier. “Maar op een gegeven ogenblik bedacht ik me dat dit waarschijnlijk ook het gebed van de tegenstander was”, voegt hij er lachend aan toe. Oli-vier voetbalt sinds een aantal jaar bij Spakenburg. Als kind werd hij gespot door de KNVB en mocht hij meespelen met jong Oranje. Daaropvolgend speelde hij bij diverse clubs uit de regio.
“Ik ben geboren in Amsterdam en Ajax is mijn club”, zegt de twintiger. Het spelen van een oefenwed-strijd tegen Ajax was dan ook een hoogtepunt voor Olivier. “Hoe gaaf is het om tegen je eigen idool te mogen voetballen”, vertelt hij met een brede glimlach op zijn gezicht. “Tijdens die wedstrijd besefte ik dat ik mijn talent aan God te danken heb.”
Ondanks dat Olivier gelovig is opgevoed, kon hij als kind niet zoveel met het geloof. Zijn eerste per-soonlijke ervaring met God had hij in zijn tienerjaren. “Ik was met mijn ouders mee naar een christe-lijke conferentie. Ik viel daar uit een boom en raakte geblesseerd aan mijn arm. Door die val moest ik het afsluitende voetbaltoernooi missen, hier baalde ik enorm van. Op advies van mijn moeder liet ik voor mij bidden. Na het gebed had ik geen pijn meer. Tot op de dag van vandaag weet ik niet hoe erg mijn blessure was, maar voor mij was die genezing een knipoog van God. Het was alsof Hij persoonlijk tegen mij sprak: ‘Olivier, Ik besta echt. Ik wil graag dat jij voetbalt en plezier hebt in wat jij graag doet.’”
Dat je als sporter ook met tegenslagen te maken krijgt, weet Olivier als geen ander. “Vorig seizoen was rampzalig. Spakenburg degradeerde, er werden trainers ontslagen en teamgenoten stopten voor-tijdig. Aan deze periode denk ik liever niet terug.” Even is Olivier stil, dan zeg hij: “wanneer je succes hebt, is iedereen tevreden. Maar wanneer je verliest, ga je heel diep. Hoe ik daar mee omga? Ook als christen vind ik het moeilijk om dan de juiste houding aan te nemen. De Bijbeltekst op mijn schoenen helpt mij om het goede te doen. Ik verwacht alles van God. Voetbal is uiteindelijk een bijzaak. Dat betekent niet dat ik me er gemakkelijk vanaf maak. God geeft mij de opdracht om mijn talenten op-timaal te benutten.”